Echt of niet echt: a million dollar question

Meerdere stakeholders hebben een groot belang bij een betrouwbaar en volledig overzicht van kunstvoorwerpen die als echt worden beschouwd. In een korte periode is er bij het Wildenstein (Plattner) Institute, één van de invloedrijkste partijen die daarvoor kan zorgen, een paar keer twijfel ontstaan over de werkwijze bij de totstandkoming van de catalogue raisonnés die zij publiceren. Dit heeft niet alleen gevolgen voor de direct betrokkenen, maar ook op een mondiaal niveau heeft dit gevolgen voor het vertrouwen in de sector als geheel.

Fake or Fortune?

Het programma Fake or Fortune? heeft onderzoek gedaan naar het schilderij Bassin d’Argenteuil (ca. 1870) van Pierre-Auguste Renoir en naar het schilderij Bords de la Seine à Argenteuil (1875) van Claude Monet. Als de afleveringen van Fake or Fortune? een volledig overzicht hebben gegeven van de uitgevoerde onderzoeken hebben de onderzoeken onvolledig plaatsgevonden. Immers heeft er naar de Renoir geen vastleggend onderzoek plaatsgevonden en naar de Monet geen analytisch, technisch onderzoek. Desondanks heeft het Wildenstein Institute een impliciet oordeel gegeven over de authenticiteit door aan te geven dat zij de schilderijen niet als Monet en Renoir in hun catalogue raisonné zal opnemen. Had het Wildenstein Institute daartoe echter wel mogen overgaan?

Catalogue raisonné

Het antwoord op die vraag kan worden beantwoord zodra men weet wat er van een opsteller van een catalogue raisonné mag worden verwacht. Duidelijk is dat er verschillende juridische aspecten de zorgplicht van de opsteller vormgeven. De opsteller is verplicht om met inachtneming van de belangen van de eigenaar een kwalitatief voldoende onderzoek af te nemen naar onder andere de herkomst van het schilderij. Evenwel volgt er nergens uit dat het Wildenstein Institute (dus) verplicht is om aanvullend technisch onderzoek uit te voeren als de eigenaar van het schilderij dit heeft nagelaten. Dit verhoudt zich ook niet met het gebrek aan winstoogmerk van het Wildenstein Institute enerzijds en de rechten van de eigenaar anderzijds. Immers gaat zowel dendrochronologisch onderzoek, analysemethodes naar verf én andere restanten op schilderijen zoals schimmels en DNA gepaard met destructief onderzoek. Dit onderzoek dient om goed uitgevoerd te worden uitgevoerd te worden op meerdere monsters die op verschillende plekken zijn afgenomen. Dat is destructief voor het schilderij. Het verhoudt zich niet met het allesomvattende eigendomsrecht van de eigenaar van het schilderij als het Wildenstein Institute zelf beslist dat tot dit destructieve onderzoek moet worden overgegaan.

Dat argument geldt echter niet voor vastleggend onderzoek. Daarom rijst de vraag of van het Wildenstein Institute mocht worden verlangd dat zij zelf dit ontbrekende onderzoek op de Renoir zouden uitvoeren. De kunstmarkt heeft de afgelopen tientallen jaren een vlucht doorgemaakt. De prijsstijgingen die hebben plaatsgevonden maakt dat het financiële belang voor de eigenaar van een kunstwerk groot is. Dat is niet zo voor het Wildenstein Institute. Juist om te voldoen aan de economische integriteit en aspecten die in het derde hoofdstuk zijn besproken dient het Wildenstein Institute zich los te koppelen van dergelijke aspecten. Het zou de economische integriteit van het Wildenstein Institute schaden als zij financieel verantwoordelijk wordt voor het nog uit te voeren onderzoek op de kunstwerken die zij daarna moet beoordelen. Immers krijgt het Wildenstein Institute dan ook zelf belang bij het feit dat het schilderij als echt wordt toegevoegd aan de catalogue raisonné. Dat heeft twee redenen. Allereerst gaat het ontdekken van een nieuw schilderij van Monet of Renoir (of van Gogh, etc.) gepaard met veel publiciteit en naamsbekendheid voor het Wildenstein Institute en hun catalogue raisonné, wat hen dus geld kan opleveren. Ook kan de eigenaar de kosten dan terugbetalen. Dergelijke financiële belangen staan aldus aan een onafhankelijke beoordeling in de weg en moeten worden ontlopen. Het Wildenstein Institute kan dus niet zelf verantwoordelijk zijn voor het uitvoeren van aanvullend onderzoek (als zij daarvoor moet betalen).

Wel blijkt uit de omschrijvingen van het potentieel van vastleggend of technisch onderzoek dat deze onderzoeken van toegevoegde waarde zijn op het onderzoek naar de kunstenaar. Het werkt zowel uitsluitend (als een bepaald pigment is gebruikt kan het niet van de hand van een bepaalde kunstenaar zijn) of juist inclusief (de ondertekening zou zomaar getekend kunnen zijn of binnen het oeuvre vallen waar het schilderij dat niet is/doet). Daarom is technisch onderzoek noodzakelijk voor een zorgvuldig oordeel over de authenticiteit van een schilderij en de toeschrijving. Voor de Renoir en Monet betekent dit dat het Wildenstein Institute zich had dienen te onthouden van een oordeel over de authenticiteit bij het incomplete onderzoek dat Fake or Fortune? had uitgevoerd.

Die conclusie wordt gesterkt door het belang dat de kunstwereld aan het oordeel van het Wildenstein Institute hecht. Uit uitvoerige literatuur volgt dat het Wildenstein Institute van de markt de macht heeft gekregen om eigenhandig beslissingen te nemen (impliciet) over authenticiteit en toeschrijving. Dit heeft ook plaatsgevonden bij de Monet en de Renoir. Andere experts hebben de authenticiteit immers bevestigd, maar beide schilderijen worden niet (langer) in een veiling opgenomen als zijnde een Monet of Renoir. Omdat het oordeel van het Wildenstein Institute leidend is mag worden verwacht en verlangd dat dit oordeel op de meest zorgvuldige wijze tot stand komt. En dat betekent na het uitvoeren van zowel visueel áls wetenschappelijk onderzoek.

Datzelfde geldt niet voor dendrochronologisch onderzoek en andere analysemethoden. Dit onderzoek is a) niet bij elk schilderij toepasbaar en b) alleen mogelijk als er voldoende andersoortige informatie bekend is. Denk daarbij aan schimmels uit de negentiende eeuw in een zeer specifieke plek en DNA-sporen van de schilder. Deze informatie dient wel bekend te zijn en de eigenaar zal daarvoor andere experts moeten inschakelen. Dat hoeft niet van hem noch van het Wildenstein Institute te worden verlangd.

Aanvullend onderzoek noodzakelijk

De tussenconclusie betreft dat het Wildenstein Institute aanvullend onderzoek had moeten verlangen, doch niet verplicht was dit onderzoek zelf uit te (laten) voeren. Dat zou immers in strijd komen met haar (economische of financiële) onafhankelijkheid. Hoewel niet alle kunsthistorische aspecten door het programma Fake or Fortune? juist en volledig zijn aangedragen had het Wildenstein Institute daar wel een eigen verantwoordelijkheid in. Het Wildenstein Institute heeft derhalve niet alle belangrijke kunsthistorische aspecten meegewogen.

Ook hanteert het Wildenstein Institute niet alle ethische aspecten. Hoewel er geen aanwijzingen zijn dat de transparantie aan de kant van de koper niet wordt verlangd, hanteert het Wildenstein Institute zelf niet de openheid en transparantie dat wel van het Wildenstein Institute mag worden verlangd. De beslissing van het instituut over opname in de catalogue raisonné is een impliciet oordeel inhoudt over de authenticiteit en toeschrijving van het kunstwerk. De belangen bij een dergelijk oordeel zijn zeer groot, gezien de hoge waarde en omzet van de kunstmarkt. Om deze reden zou de beslissing over de opname in de catalogue raisonné met meer waarborgen omkleed moeten worden. Zo zou het voor eigenaren duidelijk moeten zijn wie onderdeel uitmaakt van de commissie, op welke aspecten het kunstwerk is beoordeeld en hoe de stemverhoudingen lagen. Ook zou het Wildenstein Institute er goed aan doen een lijst te publiceren met criteria en bepaalde onderzoeken verplicht moeten stellen. Dat maakt de beoordeling van het Wildenstein Institute toetsbaar en minder afhankelijk van (alleen) het oog van de commissieleden.

Connaisseurschap

Daarmee komt men op het grootste probleem van het Wildenstein Institute: men gedraagt zich tot op heden als een kunstconnaisseur terwijl dat met de huidige wetenschappelijke mogelijkheden onvoldoende is om tot een compleet en onderbouwd oordeel te komen.

Uit de gepubliceerde statements van het Wildenstein Institute blijkt dat de Renoir is afgewezen op grond van drie argumenten waarvan de eerste is dat niet is aangetoond dat het schilderij van Renoir afkomstig is middels het provenanceonderzoek. Dat is echter niet zozeer een argument om een schilderij af te wijzen, immers was een oordeel van het schilderij niet noodzakelijk geweest als dit bewezen kon worden. Het zwaartepunt van de redenen ligt bij het feit dat uit visueel onderzoek blijkt dat het schilderij ‘weak’ is en niet bij Renoirs stijl past. Van de Monet wordt simpelweg gesteld dat het niet binnen het oeuvre past.

Dit oordeel is te kwalificeren als het oordeel van een kunstconnaisseur. Hoewel een visuele beoordeling een belangrijke stap is bij een toeschrijving laat het Wildenstein Institute niet zien hoe de andere wetenschappelijke aspecten in die beoordeling passen. Niet wordt meegewogen, althans dat is niet inzichtelijk, dat de Renoir bijvoorbeeld is opgemaakt uit de pigmenten die Renoir gebruikte. Er wordt geen aanvullend onderzoek verlangd naar bijvoorbeeld de pigmenten die Blanche Monet gebruikte om uit te sluiten dat het schilderij van haar hand is. Het uitgevoerde onderzoek, dat van de eigenaar mag worden verlangd, wordt niet meegenomen. Daarmee blijft het Wildenstein Institute in haar handelswijze achter op de wetenschappelijke – gewenste – ontwikkelingen en is een eigenaar overgeleverd aan de grillen van voor hem onbekende commissieleden. Dat doet geen recht aan de belangen van de eigenaar, voldoet niet aan de ethische eisen die aan het instituut en de individuele commissieleden gesteld mogen worden én is in strijd met de juridische zorgplicht van het instituut.

Contact

Heeft u een vraag over dit onderwerp of bent u benieuwd wat wij voor u kunnen betekenen? Schroom dan vooral niet om contact met Edgar Mulders of Mariska Kamsteeg op te nemen. Zij kunnen u adviseren op het gebied van kunstrecht. U kunt hen bereiken op telefoonnummer 073-6900888 of via info@jba.nl.

 

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *