Niet zorgvuldig reageren op hulpverzoek: de Staat schendt zorgplicht

Op 19 juli heeft de rechtbank Den Haag zich gebogen over de vraag of de Staat aansprakelijk is voor de schade die eiser, een voormalig agent van de AIVD, stelt te hebben geleden. De uitspraak is hier terug te lezen.

Feiten

Eiser is vijf jaar werkzaam geweest voor de AIVD en een buitenlandse inlichtingendienst. Eiser werd als agent geïnfiltreerd in groepen personen die behoorden tot verschillende extremistische netwerken in een specifieke regio. Daarbij waren, in de eerste 3 jaren, zes personen in beeld als relevante actoren. In het vierde en vijfde jaar heeft eiser in opdracht van de buitenlandse inlichtingendienst werkzaamheden verricht, waaronder de infiltratie van extremistische netwerken. In deze jaren waren er zeven personen in beeld als relevante actoren. Zes van deze actoren waren ook in jaar één tot en met drie in beeld. In het vijfde jaar kwamen de werkzaamheden van eiser voor de buitenlandse inlichtingendienst ten einde, omdat het primaire doel was bereikt.

In jaar zes heeft eiser het algemene nummer van de AIVD gebeld met een verzoek om hulp. Hij was namelijk enige tijd daarvoor bedreigd via de telefoon die hij alleen gebruikte voor contact met een actor die alleen in jaar vier en vijf in beeld was. De AIVD heeft zijn hulpverzoek doorgezet aan de buitenlandse inlichtingendienst. Later nam eiser wederom contact op met de AIVD om zijn verzoek om hulp te herhalen. De AIVD heeft aangegeven eiser terug te bellen en het hulpverzoek wederom door te zetten naar de buitenlandse inlichtingendienst. Er is vervolgens zeker acht maanden geen contact meer geweest tussen eiser en de AIVD.

Uiteindelijk heeft de advocaat van eiser het hulpverzoek per brief herhaald en gewezen op hun zorgplicht. Pas in jaar zeven heeft er een gesprek plaatsgevonden tussen eiser en de AIVD, waarbij eiser de concrete bedreigingen die hij en zijn gezin hadden ontvangen heeft toegelicht. Volgens eiser was de situatie zeer urgent.

Later in jaar zeven heeft eiser per brief aan de AIVD duidelijkheid gevraagd omtrent de beoordeling van de zorgplicht. De AIVD was van mening dat er geen zorgplicht op de AIVD jegens eiser rustte. Het causale verband tussen de werkzaamheden van eiser voor de AIVD en de bedreigingen is volgens hen niet gegeven.

Bij brief heeft eiser de CTIVD (Commissie van Toezicht op de Inlichtingen- en veiligheidsdiensten) om interventie verzocht. Daarnaast diende hij een klacht in over het tijdsverloop tussen zijn eerste telefonische hulpverzoek en het uiteindelijke standpunt van de AIVD. Op 4 mei 2021 heeft eiser per brief de Staat aansprakelijk gesteld. De Staat heeft de aansprakelijkheid afgewezen.

Toetsingskader

 Artikel 6:162 lid 1 BW bepaalt dat hij die jegens een ander een onrechtmatige daad pleegt, welke hem kan worden toegerekend, verplicht is de schade die de ander dientengevolge lijdt, te vergoeden. Als onrechtmatige daad kan onder meer worden aangemerkt een doen of nalaten in strijd met hetgeen volgens ongeschreven recht in het maatschappelijk verkeer betaamt, oftewel de zorgvuldigheidsnorm.

Eiser stelt dat de Staat op grond van artikel 6:162 BW onrechtmatig jegens hem heeft gehandeld door in strijd te handelen met de maatschappelijke zorgvuldigheidsnorm. De Staat heeft volgens eiser niet tijdig en zorgvuldig gereageerd op zijn hulpverzoek.

Oordeel rechtbank

De rechtbank heeft eerst beoordeeld in welke relatie partijen tot elkaar stonden op het moment waarop eiser de AIVD belde, en welke plichten die relatie voor de Staat jegens eiser meebracht. De rechtbank oordeelde dat eiser in jaar vier en vijf niet voor de AIVD werkte, maar dat de AIVD welkdegelijk enige betrokkenheid had bij de werkzaamheden van eiser.

Voor de beoordeling of de Staat de algemene maatschappelijke zorgvuldigheidsnormen heeft geschonden, stelt de rechtbank voorop dat de Staat, afhankelijk van de omstandigheden van het geval, een zorgplicht heeft jegens zijn burgers. Volgens de rechtbank heeft de Staat zich onvoldoende ingezet om de veiligheid van eiser en zijn gezin te waarborgen. Het was voor de Staat namelijk kenbaar dat voor eiser en zijn gezin een basaal grondrecht (artikel 2 EVRM, recht op leven) op het spel stond. Daarnaast was duidelijk dat eiser geen hulp uit andere hoek zou kunnen verkrijgen. Van een zorgvuldige handelende overheid mocht worden verwacht dat zij zich actief inzette om de veiligheid van eiser en zijn gezin te waarborgen. Zij had bijvoorbeeld kunnen onderzoeken in hoeverre eiser en zijn gezin gevaar liepen óf, wanneer dit niet mogelijk was, andere maatregelen kunnen nemen om de acute veiligheidsrisico’s te verminderen.

De rechtbank oordeelt dat de Staat in strijd met de maatschappelijke zorgvuldigheid van artikel 6:162 BW heeft gehandeld, door niet zorgvuldig op het hulpverzoek van eiser te reageren. De Staat heeft voor eiser niet gedaan wat in het maatschappelijk verkeer van hem mocht worden verwacht. Eiser vordert materiële schade en immateriële schade. Door gebrek aan relativiteit en causaliteit kunnen, volgens de rechtbank, niet alle materiële schade aan de Staat worden toegerekend. Wél moet de Staat een immateriële schadevergoeding aan eiser betalen.

Conclusie

De Staat is, afhankelijk van de omstandigheden van het geval, verplicht te zorgen voor de veiligheid van burgers. Volgens de maatschappelijke zorgvuldigheid van artikel 6:162 BW mag dit van de Staat worden verwacht. Wanneer de Staat deze zogenoemde zorgplicht schendt is hij aansprakelijk voor de schade die de burger daardoor lijdt. Zeker in de situatie van eiser; hij verrichtte immers risicovolle activiteiten voor de Staat.

De eiser in deze zaak verrichte risicovolle activiteiten om de Staat en zijn burgers te beschermen. Maar ook de veiligheid van politieagenten, brandweerlieden en het ambulancepersoneel telt. De werkgever (waaronder mogelijk de Staat) moet hun hulpverzoeken serieus nemen.

Heeft u een soortgelijke kwestie meegemaakt? Neem dan vooral contact met ons op via 073 – 690 08 88 of info@jba.nl om de mogelijkheden te bespreken.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *