NOS berichtte afgelopen week dat er jaarlijks honderden gevallen zijn waarin een pakketbezorger wordt gebeten door een hond en dat dit aantal stijgende is. Eén van deze pakketbezorgdiensten duidde bijtincidenten zelfs aan als bedrijfsongeval nummer één. Deze incidenten kunnen ernstige gevolgen hebben; naast veel incidenten met lichte verwondingen waarbij iemand snel weer aan het werk kan, is er in sommige gevallen plastische chirurgie nodig en zit een werknemer langer thuis. Ook kan een hondenbeet psychisch grote impact hebben. Niet alleen pakketbezorgers, maar ook andere werkenden die bij de klant thuiskomen kunnen met dit soort bijtincidenten geconfronteerd worden. Denk hierbij bijvoorbeeld aan loodgieters, artsen die op huisbezoek komen en maaltijdbezorgers.

In dit artikel wordt ingegaan op de aansprakelijkheidsvraag bij bijtincidenten onder werktijd. In dergelijke gevallen zijn er namelijk niet één, maar twee mogelijke aansprakelijke partijen aan te wijzen.

Aansprakelijkheid van de hondenbezitter

In de eerste plaats kan de bezitter van de hond worden aangesproken om de geleden schade te vergoeden, op grond van artikel 6:179 BW. De bezitter is aansprakelijk, tenzij hij niet aansprakelijk zou zijn geweest als de hond had gebeten en hij hier wel controle over had gehad. Dit is de situatie waarin het handelen van het baasje géén onrechtmatige daad (artikel 6:162 BW) zou zijn geweest. Als voorbeeld wordt hier de situatie genoemd waarin de hond een inbreker aanvalt. Als het baasje zijn hond op de inbreker afstuurt, kan dit kwalificeren als noodweer en is dit geen onrechtmatige daad. Daarom is het baasje ook niet aansprakelijk, als de hond uit eigen beweging een inbreker aan zou vallen. Bij een gebeten pakketbezorger lijkt de tenzij-clausule overigens niet zo snel te spelen.

Werkgeversaansprakelijkheid (artikel 7:658 BW)

Niet alleen de hondenbezitter, maar ook de werkgever zou aansprakelijk kunnen zijn voor het bijtincident. De werkgever moet de werkomgeving veilig inrichten, zorg dragen voor veilige gereedschappen en voldoende maatregelen treffen en aanwijzingen geven om te zorgen dat de werknemer het werk kan uitvoeren zonder daarbij schade te lijden (artikel 7:658 lid 1 BW). Dit is de zorgplicht van de werkgever voor zijn werknemers. Lijdt de werknemer toch schade onder werktijd, dan is de werkgever hiervoor aansprakelijk, tenzij hij aantoont dat hij aan zijn zorgplicht heeft voldaan (artikel 7:658 lid 2 BW). Deze zorgplicht en bijbehorende aansprakelijkheid gelden ook voor personen met wie geen arbeidsovereenkomst bestaat, maar die wel werkzaamheden verrichten voor een ander (artikel 7:658 lid 4 BW). Het maakt in die zin dus niet uit of er echt sprake is van een arbeidsovereenkomst, of dat iemand op basis van een andere overeenkomst (zoals een overeenkomst van opdracht) werkzaam is.

Bezorgdiensten nemen in de praktijk diverse maatregelen om hondenbeten bij hun werknemers te voorkomen en dus te voorkomen dat hun werknemers letsel oplopen. Er wordt onder andere training gegeven over de omgang met honden, informatie gegeven over de adressen waar agressieve honden aanwezig kunnen zijn en er worden veilige kleding en schoenen verstrekt. Bovendien kunnen de bezorgdiensten na een bijtincident ervoor kiezen de pakketten niet meer aan huis te bezorgen, maar in plaats daarvan naar een afhaalpunt te brengen.

Meer weten?

Bent u zelf gebeten door een hond tijdens de uitvoering van uw werkzaamheden en wilt u hier juridisch advies over inwinnen? Of heeft u een andere vraag? Neem dan contact met ons op voor een vrijblijvend gesprek waarin wij concreet bespreken wat wij voor u kunnen betekenen. U kunt ons bereiken via 073-690088 of via info@jba.nl.