Overlijdensschade: Wat is behoeftigheid?
Op 11 juni 2025 deed de rechtbank Midden-Nederland uitspraak in een zaak waarbij een vrachtwagenchauffeur door een arbeidsongeval om het leven kwam. De nabestaanden, bestaande uit zijn echtgenote en dochter, hebben een vordering ingediend voor de schade die verband houdt met gederfd levensonderhoud. De vraag die partijen verdeeld houdt, is of er sprake is van behoeftigheid bij de nabestaanden. De uitspraak leest u hier.
De feiten
De vrachtwagenchauffeur (hierna: de heer A) voorzag in het levensonderhoud van zijn gezin met het inkomen dat hij als vrachtwagenchauffeur verdiende en de maandelijkse dividenduitkeringen die hij ontving uit een onderneming. Meer specifiek ging het om certificaten van aandelen in een onderneming, waar alleen hij de enige gerechtigde op was. Deze certificaten werden beheerd door de Stichting Administratiekantoor Aandelen (STAK).
Hoewel de heer A en zijn echtgenote in gemeenschap van goederen waren getrouwd, vielen de certificaten buiten de gemeenschap. Na het overlijden van de heer A heeft zijn echtgenote deze aandelen echter geërfd. De echtgenote heeft over de geërfde certificaten belasting (aanmerkelijk belang-, erf- en inkomstenbelasting) moeten betalen. Dit werd gefinancierd met geld dat uit de onderneming werd gehaald. De waarde van het aandelenpakket is hierdoor fors gedaald, waardoor de maandelijkse dividenduitkeringen aanzienlijk lager zijn geworden.
De nabestaanden stellen dat met de lagere dividenduitkeringen rekening moet worden gehouden bij de begroting van de overlijdenschade.
a.s.r., de aansprakelijkheidsverzekeraar van het bedrijf waar de heer A is verongelukt, heeft aansprakelijkheid erkend, maar betwist de vordering van de nabestaanden en stelt dat zij niet meer behoeftig zijn, aangezien het erven van de certificaten een financieel gunstige omstandigheid is, waardoor de nabestaanden geen schade meer lijden.
Het juridisch kader
De rechtbank geeft een heldere uitleg over het begrip behoeftigheid en licht toe dat artikel 6:108 lid 1 BW de nabestaanden in de situatie dat een ander voor het overlijden aansprakelijk is, het recht geeft op vergoeding van schade door het derven van levensonderhoud dat de nabestaande van de overledene ontving (overlijdensschade).
Het recht op overlijdensschade is echter beperkt; het bestaat alleen als er sprake is van behoefte. Gekeken moet worden of de nabestaande zonder het levensonderhoud van de overledene nog dezelfde levensstijl en hetzelfde uitgavenpatroon (levensstandaard) kan blijven aannemen. Daartoe dient de financiële situatie van het gezin te worden vergeleken met en zonder het overlijden, inclusief een inschatting van hoe deze situatie zich in de toekomst zou hebben ontwikkeld en zal ontwikkelen. Hierbij moet de gehele financiële positie in aanmerking worden genomen. Dit kan tot gevolg hebben dat eventuele gunstige financiële omstandigheden de behoefte kunnen beperken (behoefteverminderende omstandigheid).
Als blijkt dat de eerdere levensstandaard na het overlijden niet meer gehaald kan worden, is er sprake van een tekort, en dus van behoeftigheid (schade). Het kan echter ook zijn dat, ondanks het derven van levensonderhoud, de nabestaande door zijn financiële omstandigheden en levensstandaard toch ‘niet-behoeftig’ is.
De Richtlijn Rekenmodel Overlijdensschade van de Letselschade Raad biedt een berekeningsmethodiek voor gederfd levensonderhoud die hierbij aansluit. Kort gezegd vormt het verschil tussen het netto besteedbare (consumptieve) gezinsinkomen zonder en met overlijden de basis voor het berekenen van de behoefte en behoeftigheid van nabestaanden.
Het oordeel van de rechtbank
De rechtbank komt tot het – naar onze mening – terechte oordeel dat de dividenduitkeringen moeten worden gezien als een vast onderdeel van het maandelijkse gezinsinkomen en dus niet als een vermogensvermeerdering. Dat betekent dat deze uitkeringen meegenomen dienen te worden in de vergelijking die wordt gemaakt tussen het gezinsinkomen in de hypothetische situatie zonder overlijden en de werkelijke situatie met overlijden.
Vragen?
Heeft u vragen over dit onderwerp of heeft u hulp nodig bij het vorderen van een schadevergoeding wegens het overlijden van uw dierbare? Neem dan gerust contact met ons op, via het telefoonnummer bovenaan de pagina of per e-mail: info@jba.nl.